Mamma-reductie (borstverkleining) en borstlifting (mastopexie)
Borsten zijn soms te groot, te zwaar of te slap. Dit kan belemmerend zijn en pijnklachten (rugpijn) en houdingsfouten veroorzaken. Borsten kunnen ook gaan hangen, waardoor het tepelhof onder de borstplooi komt te liggen.
In het eerste geval zal de chirurg de borsten verkleinen met wegname van huid en borstweefsel. In het tweede geval zal hij slechts de overtollige huid wegnemen en het tepelhof optrekken.

• De ingreep
De borstvermindering en de mastopexie gebeuren onder algemene narcose of door intraveneuze sedatie. Deze ingrepen duren twee à drie uur.
De chirurg maakt twee insneden: een eerste rond de tepel en de tweede verticaal vanaf het tepelhof naar de borstplooi. De overtollige huid en of het borstweefsel wordt weggenomen en tepel en tepelhof worden herplaatst. Bij een lifting kan de chirurg eventueel een prothese invoeren (zie borstvergroting).
Naar wens van de patiënte kunnen deze ingrepen gepaard gaan met een correctie van de tepel en het tepelhof.

Om bloedingen te voorkomen, worden soms drains geplaatst .
Om zichtbare littekens te voorkomen gebruikt de chirurg zeer fijn draad om de incisies te hechten. Een à twee weken na de ingreep worden de hechtingen verwijderd.

• Gevolgen van de ingreep
U kunt dezelfde dag nog naar huis. Indien er drains werden geplaatst worden deze na 2 à 3 dagen verwijderd.
Een aangepaste BH moet gedurende en maand gedragen worden. Naargelang de ingreep kunnen de bezigheden binnen de week hernomen worden. Zwaar werk en sport blijven verboden gedurende een maand.
De ingreep laat een discreet litteken na aan de rand van het tepelhof, en een verticaal lijntje vanaf het tepelhof tot de borstplooi. Deze littekens zijn aanvankelijk lichtjes rood in het begin maar verbleken en verminderen met de tijd. Ze zijn veel discreter dan vroeger. (Geen littekens in ankervorm of omgedraaide T).